Zwarte vlek

Van Gogh vindt de donkere cipressen met hun vlammende silhouet zo karakteristiek voor de Provence, ‘qua lijnen, qua verhoudingen zo mooi als een Egyptische obelisk. En het groen is zo uitzonderlijk. Het is de zwarte vlek in een zonnig landschap, maar het is een van de interessantste zwarte noten, voor zover ik me kan voorstellen een van de moeilijkste om goed op het doek te krijgen.’

Mistral

Hij beschrijft dit schilderij als ‘een groep cipressen in de hoek van een korenveld op een zomerdag met mistral, omhuld door blauw dat bewogen wordt door de grote luchtstromen’. Het is een van zijn meest pasteuze werken. De bomen zijn opgebouwd uit krullerige, vlamachtige halen en in alle begroeiing eromheen zit eveneens leven, alsof de mistral er hevig raast.

Lovend artikel 

De criticus Albert Aurier publiceert in januari 1890 een lovend artikel over Van Goghs werk. Hij prijst de schilder als een dromende realist die op ongeëvenaarde wijze de werkelijkheid naar zijn hand zet. Van Gogh wordt er blij door verrast, ook al vindt hij wel dat Aurier hem een te grote eer bewijst. Hij stuurt hem als dank deze Cipressen met twee figuren.