De regels en het spel brengt ruim dertig van zijn werken samen: van schilderijen met goed gemikte klodders verf tot assemblages van dozen en andere objects trouvés, en van polkadot-schilderijen tot videowerken waarin Kloosterboer zijn handelingen in het atelier heeft vastgelegd.

Gedecideerd

De werken van Kloosterboer zijn het resultaat van gedecideerde handelingen die volgen op een lang proces van voorwaarden scheppen: regels formuleren, het atelier inrichten, materialen ordenen. Het lange denkproces is net zo belangrijk als de beslissing om met één trefzekere daad een werk te maken. En het komt erop aan: iedere actie moet kernachtig en kloppend zijn, want elke keuze betekent het uitsluiten van andere mogelijkheden. Door consequent kordaat te handelen heeft Kloosterboer een veelvormig oeuvre opgebouwd van heldere kunstwerken.

Jongleur

Als schilder is Kloosterboer zich ervan bewust dat hij in een eeuwenlange traditie staat en dat hij zich met elk nieuw werk opnieuw verhoudt tot dat van voorgangers. In zijn nieuwsgierigheid om de dingen van een andere kant te zien, zoekt hij naar nieuwe manieren om schilderkunst te benaderen: van toe-eigening van bestaande voorwerpen (dozen) of patronen (polkadot) tot de proclamatie van regels of het fotografisch vastleggen van een handeling. Zonder al te stellig te zijn – want ‘stelligheid beperkt de speelruimte van denken en handelen’ – gaat hij tewerk als een jongleur die in een split second beslist hoe de bal op te vangen en weer de lucht in te gooien. En hij weet: bij twijfel zal de jongleur falen, dan valt de bal en is het spel uit.


Klaas Kloosterboer. De regels en het spel is de tweede tentoonstelling in de reeks Met verf. Hierin presenteert het Kröller-Müller Museum het werk van hedendaagse schilders die in hun werk welbewust reflecteren op de kunsthistorische traditie. Steven Aalders (Middelburg, 1959) beet in 2021-2022 het spits af met de tentoonstelling Seizoenen. Na Klaas Kloosterboer volgen José Heerkens (Heeswijk-Dinther, 1950) en Paul Drissen (Oirsbeek, 1963). Bij de tentoonstelling verschijnt een publicatie met een tekst van Camiel van Winkel, vormgegeven door Irma Boom. 

Klaas Kloosterboer, 20181, 2020