Opleven

Na een forse aanval in de zomer van 1889 begint Van Gogh met het kopiëren van etsen en houtgravures naar zijn voorbeeld Jean-François Millet. Hij is ijverig aan het werk, laat hij Theo weten. In de inrichting krijgt hij ‘nooit iets kunstzinnigs onder ogen’, waardoor de fut eruit ging, ‘en dit doet me weer opleven’.

Vertaling in kleur

Van Gogh ziet zo’n kopie als een ‘vertaling in kleur’, vergelijkbaar met de persoonlijke interpretaties van muziekstukken door uitvoerende musici. Hij is zich maar al te goed bewust van ‘de waarde, de originaliteit en de superioriteit’ van Millet, maar ook van zijn eigen kunnen: ‘toch kan ik zeggen: ja ik ben iets, ik kan iets.’

Kleurcontrasten

Hij wil zich vooral onderscheiden door het gebruik van kleurcontrasten. In zijn kleurgebruik gaat hij dan ook een stap verder dan Millet, die hoofdzakelijk in aardse, sombere tinten werkte, vergelijkbaar met die van Van Gogh in zijn Brabantse periode. Wanneer hij opnieuw een aanval krijgt, wordt het kopiëren hem toch even te veel, ‘want het [de originelen] zijn zulke meesterwerken.’