Boeren en boerinnen
In de zomer van 1885, na het voltooien van De aardappeleters, stort Van Gogh zich in Nuenen met volle overgave op het tekenen van boeren en boerinnen in de oogsttijd, bij het maaien, schoven binden en aren lezen.
Modellen
Hij moet zijn modellen wel betalen, want de mensen in het dorp poseren niet graag. ‘Daar de lui echter meestal zeer arm zijn en vooral veel wevers zonder werk zitten, kan ik ’t nog wel gedaan krijgen.’ En zo lukt het hem toch om een serie tekeningen van werkende boeren en boerinnen maken.
Beeld van het zware landwerk
Van Gogh wil met deze tekeningen, waarvan er 19 in het bezit zijn van het Kröller-Müller Museum, een beeld geven van het zware werk op het land. ‘En wat ik er mee zoek te krijgen is niet een hand te kunnen teekenen maar DE GESTE, niet mathematisch correct een kop maar de groote expressie. Het den wind opsnuiven als een spitter even opkijkt b.v., of het spreken. Enfin het leven.’