Pablo Picasso, Petite chouette, 1951 – 1953 en Bart van der Leck, De kat, 1914spijkers, schroeven en bouten

Picasso sleutelde het beeldje in elkaar van een aardewerken bakje, wat spijkers, schroeven en bouten en het deksel van een blikje, dat alles bij elkaar gehouden met gips. Uit deze prozaïsche spullen toverde hij een ontroerend wezentje: een jong uiltje, kwetsbaar maar waakzaam. Bij de Chouette en bij de andere 49 kleinsculpturen waarop het meest werd gestemd zijn korte statements van de kiezers te lezen, waarop de bezoekers op hun beurt weer kunnen reageren. Zo laat het museum zien hoe kunstwerken door de ogen van het publiek steeds opnieuw gezien en beleefd worden.

mijn eerste bezoek aan het Kröller-müller

Mijn eerste bewuste ervaring met een kunstwerk deed ik op toen ik een jaar of zeven was. Mijn ouders vonden dat je je eigen land goed moest leren kennen en dus gingen wij op tournee langs de bezienswaardigheden van Nederland, zo uiteenlopend als de hunebedden, de deltawerken, het drielandenpunt (dat was toen nog bijzonder) en natuurlijk ook naar het (toen nog) Rijksmuseum Kröller-Müller.

de kat van bart Van der leck

Er was nog geen Expose, maar ik mocht wel een poster uitzoeken. Dat werd, niet verrassend voor een kind, De kat van Bart van der Leck. Hij heeft jaren op mijn kamer gehangen tot hij, vermoedelijk ernstig vergeeld, werd vervangen door nieuwe helden als Mariska Veres (als u nog weet wie dat was) en Mick Jagger. Maar ik ben hem nooit vergeten. En nu hangt De kat op zaal, vredig naast zijn traditionele aartsvijand de hond, in de hoedanigheid van De takshond, ook van Van der Leck.

Ik had als zevenjarige natuurlijk nooit kunnen bevroeden dat ik nog eens directeur zou worden van dit prachtige museum. Maar de vraag is of dat ook gebeurd zou zijn als ik destijds die kat niet had meegenomen.


Lisette Pelsers

mei 2012

Pablo Picasso, Petite chouette, 1951 – 1953 en Bart van der Leck, De kat, 1914