Met Müller & Co opnieuw op de rand van de afgrond, lijkt de realisatie van een ‘monument van kultuur’ ver weg, maar de Kröllers geven hun droom niet op. Ze werken aan een plan om het bezit van de Kröller-Müller Stichting – de collectie en de bouwtekeningen van Henry van de Velde – aan de Staat te schenken in ruil voor de bouw van het door Henry van de Velde ontworpen 'Groote Museum' in Hoenderloo. Het landgoed is dan officieel nog in bezit van Müller & Co en zal door het Rijk moeten worden aangekocht. Helene nodigt de minister van Onderwijs, Kunst en Wetenschap, Henri Marchant, uit op de Hoge Veluwe, waar ze hem rondleidt en bevlogen vertelt over haar plannen. Marchant haalt de ministerraad over om een hypothecaire lening van ruim 8 ton voor de aankoop ter beschikking te stellen.