Conservator Toos van Kooten schrijft dat ze in de loop van de drie jaar voorbereiding is ‘gegrepen geraakt door Van Doesburg’. Het leek haar daarom ‘onrechtvaardig’ om enkel de hoogtepunten uit zijn oeuvre uit te lichten. Om Van Doesburg recht te doen, moest ook zijn denk- en werkproces zichtbaar gemaakt worden. Om die reden zijn in de tentoonstelling ook brieven, foto’s, boeken met aantekeningen en schetsen van Van Doesburg te zien. In samenwerking met de ontwerpers Kossman en De Jong, die de inrichting van de tentoonstellingen in Utrecht en Otterlo verzorgen, zijn de archiefstukken zo geordend, dat zich een hoofdspoor aftekent in thematische eilanden, waarnaast allerlei zijsporen kunnen worden ingestapt.
Gelijktijdig met de tentoonstelling verschijnt de oeuvrecatalogus over Van Doesburg en er is een randprogramma met lezingen en muziek.